Wat is een dysthyme stoornis?
Een dysthyme stoornis is een milde vorm van depressie die langer aanhoudt (dan een depressie). Een dysthyme stoornis houdt tenminste twee jaar aan en wordt daarom ook wel een chronische depressie genoemd. Vaak zijn de symptomen langer dan twee jaar aanwezig. Deze stoornis beïnvloedt het dagelijks leven op een negatieve manier. Mensen ervaren minder plezier en functioneren slechter (thuis of op het werk). Vaak zijn mensen met een dysthyme stoornis overdreven kritisch en hebben ze weinig zelfvertrouwen. Onbehandeld kan deze stoornis overgaan in een depressieve stoornis (waarvan dus de symptomen heviger zijn). Ook is het mogelijk om tijdens een dysthyme stoornis een depressieve episode te hebben. Zoiets wordt een dubbele depressie genoemd. Onderzoekers Klein et al. (2000) volgden mensen met een dysthyme stoornis voor lange periode en het viel hen op dat er vaak sprake was van terugval, en dat ze bijna allemaal wel depressieve episodes hadden.
Tussen de 4,1 en 7,9% van de bevolking tussen de 26 en 64 jaar heeft ooit last van een dysthyme stoornis. Vrouwen hebben hier twee keer zo vaak last van als mannen. Daarnaast komt de stoornis vaker voor bij mensen die wat ouder zijn. Vanaf 65 jaar komt deze stoornis ineens veel minder vaak voor, hetgeen waarschijnlijk te maken heeft met het pensioen. Mensen die hun partner verloren hebben, gescheiden of uit elkaar zijn lopen het grootste risico om een dysthyme stoornis te ontwikkelen, gevolgd door getrouwde mensen en daarna pas de ongetrouwde mensen.
Bij Barends Psychology Practice wordt depressie behandeld. Meld je hier aan om een eerste, gratis sessie te boeken. (Afhankelijk van jouw zorgverzekering kunnen behandelingen vergoed worden).
Dysthyme stoornis – de symptomen:
Hieronder staan de kenmerken van een dysthyme stoornis beschreven. Mocht je dit in jezelf herkennen, neem dan contact op met een therapeut, psychiater of huisarts om een juiste diagnose te kunnen stellen en eventueel om hulp te krijgen.
- Verlies van interesse in dagelijkse activiteiten.
- Gevoelens van hopeloosheid en pessimisme.
- Weinig energie hebben of vermoeidheid.
- Je somber of neerslachtig voelen.
- Weinig zelfvertrouwen hebben.
- Overdreven kritisch zijn.
- Extreme woede or prikkelbaarheid.
- Verminderde concentratie of problemen bij het nemen van beslissingen.
- Slaapproblemen (minder of juist meer slapen).
- Verminderde of juist meer eetlust.
- Vermijden van sociale activiteiten of gebeurtenissen.
(Advertentie. Scroll naar beneden om verder te lezen.)
Het diagnosticeren van een dysthyme stoornis (volgens de DSM-IV):
A. Gedurende de meeste dagen, en bijna de hele dag, over een periode van tenminste twee jaar voelt iemand zich depressief of komt de diegene depressief over volgens anderen.
B. Wanneer iemand depressief is, heeft diegene last van minstens twee van de volgende klachten:
- Verminderde of toegenomen eetlust.
- Slaapproblemen (minder of juist meer slapen).
- Vermoeidheid of weinig energie hebben.
- Verminderd zelfvertrouwen.
- Minder concentratie of problemen bij het nemen van beslissingen.
- Gevoelens van hopeloosheid en pessimisme.
C. Tijdens deze twee jaar durende periode waren de bovenstaande symptomen nooit langer afwezig dan twee opeenvolgende maanden.
D. Tijdens deze twee jaar durende periode kan het zijn dat diegene een depressieve episode heeft gehad.
E. Er was geen sprake van een bipolaire stoornis, een manie, een hypomanie of gemengde episode. .
F. Er is nooit voldaan aan de criteria voor een bipolaire stoornis of cyclothyme stoornis. .
G. De depressie is geen onderdeel van een chronische psychose.
H. De symptomen worden vaak niet direct veroorzaakt door een medische aandoening of medische substanties (medicatie of drugsmisbruik).
I. De symptomen kunnen significante problemen of ongemakken veroorzaken op sociaal, academisch, werkgebied of andere significante gebieden waarop men functioneert.
(Advertentie. Scroll naar beneden om verder te lezen.)
Hoe wordt een dysthyme stoornis veroorzaakt?
Net zoals bij een depressieve stoornis is het bij een dysthyme stoornis niet helemaal duidelijk hoe het precies ontstaat.
Biochemisch kunnen er veranderingen hebben plaatsgevonden, maar meer onderzoek is nodig op dit punt om een conclusie te kunnen trekken.
Genetisch: het komt vaker voor bij mensen die familieleden hebben met een dysthyme stoornis. Denk hierbij aan biologische (groot)ouders of broers en zussen.
Omgeving: iemand die veel stress ervaart of veel piekert vanwege bijvoorbeeld stress op het werk of het verlies van een naaste, kan ervoor zorgen dat iemand een dysthyme stoornis ontwikkelt. Sociale isolatie, alcohol- en drugsmisbruik, problemen op het werk, angst(stoornissen), eetstoornissen en suïcidaliteit zijn risicofactoren die bij kunnen dragen aan de ontwikkeling van een dysthyme stoornis.
Persoonlijkheid kan ook een rol spelen bij het krijgen van deze stoornis, zeker als het gaat om iemand met een afhankelijke persoonlijkheid. Mensen die erg afhankelijk zijn van anderen, veel goedkeuring zoeken bij anderen en zo voorts, die kunnen lijden onder de symptomen van dysthymie als ze geen goedkeuring van anderen krijgen.
De behandeling van een dysthyme stoornis.
Er zijn twee type behandelingen: medicatie en therapie (gesprekken met een therapeut/psychiater).
Artsen en psychiaters schrijven SSRI’s, SNRI’s en TCA’s voor. Voor informatie over de effectiviteit, ga naar: depressie behandeling.
Wat betreft therapie: bij Barends Psychology Practice wordt Dysthyme stoornis behandeld. Behandeling richt zich op het herkennen en veranderen van de eigen negatieve gedachten en gedragspatronen, en vaardigheden om zelf uit deze vorm van depressie te komen (en om terugval te voorkomen).
Literatuur
- [1] Bland, R. C., 1997. Epidemiology of affective disorders: a review. Can J Psychiatry, 42, 367-377.
- [2] Klein, D. N., Schwartz, J. E., Rose, S., & Leader, J. B., 2000. Five-year course and outcome of dysthymic disorder: a prospective, naturalistic follow-up study. The American Journal of Psychiatry, 157, 931-939.
- [3] Takeuchi, D. T., Chi-Ying Chung, R., Lin, K-M., Shen, H., Kurasaki, K., Chun, C-A., & Sue, S., 1998. Lifetime and twelve-month prevalence rates of major depressive episodes and dysthymia among Chinese Americans in Los Angeles. Am J Psychiatry, 155, 1407–1414.