Wat zijn de meest effectieve specifieke fobie behandelingen?

Specifieke fobie behandeling: overzicht van de meest effectieve specifieke fobie behandelingen en hoe ze werken

Een specifieke fobie kan iemands leven op een negatieve manier beïnvloeden. In angst leven vanwege een mogelijke confrontatie met het fobische dier, voorwerp of de fobische situatie is uitputtend en beperkt iemand op verschillende manieren, zoals het mislopen van een promotie vanwege een angst om in het openbaar te spreken (Glossofobie) of een leuke trip met vrienden vanwege vliegangst (Aviofobie). Hoewel het vermijden van een fobisch dier, voorwerp of situatie ervoor zorgt dat de angst en stress tijdelijk minder wordt, zorgt het er tegelijkertijd ook voor dat de fobische angst toeneemt op de lange termijn. Een specifieke fobie behandeling is er in verschillende soorten en maten, maar lang niet alle vormen zijn even effectief. Een bekende en erg effectieve specifieke fobie behandeling bevat blootstelling aan de fobische situatie of het fobische dier of voorwerp, terwijl een andere fobie behandeling zich alleen richt op ontspanning [1].
De meeste mensen met een specifieke fobie zoeken geen professionele hulp, omdat zij denken dat hun specifieke fobie niet behandelbaar is of dat er geen effectieve behandelingen zijn voor fobieën, of omdat zij zichzelf bloot moeten stellen aan de fobische situatie of het fobische dier of voorwerp [1].
Deze pagina bespreekt welke specifieke fobie behandeling het meest effectief is, hoe ze eruit zien en hoe effectief ze zijn ten opzichte van andere behandelopties.
 


 

Ga naar:


 

Bij Barends Psychology Practice wordt behandeling voor specifieke fobie aangeboden. Meld je hier aan om een eerste, gratis, sessie in te plannen. (Afhankelijk van jouw zorgpolis kan het zijn dat behandeling (deels) vergoed wordt).

 

Specifieke fobie behandeling – exposure

Specifieke fobie behandeling. Op welke manier beinvloedt veiligheidsgedrag het angstniveau?
Oog in oog staan met een fobisch dier, voorwerp of situatie is iets dat iemand met een specifieke fobie totaal niet wil. Geconfronteerd worden met het fobische voorwerp, dier of de situatie zorgt voor fysieke klachten (zoals trillen, licht in het hoofd en hartkloppingen) en onplezierige emoties en gevoelens (zoals angst, vrees en terreur).
De meest voorkomende reactie bij een confrontatie met een angstaanjagend dier, voorwerp of situatie is weggaan, omdat dit ervoor zorgt dat iemand direct weer kalmeert. Het is dit type gedrag dat voor een verkeerde overtuiging zorgt bij mensen: weggaan uit de fobische situatie of bij het fobische dier of voorwerp zorgt ervoor dat de angst- en stressniveaus afnemen. Zoals te zien is in het plaatje hierboven of hiernaast neemt de angst en stress niet alleen af als iemand zich verwijdert uit een situatie met het gevreesde voorwerp of dier. Angst- en stressniveaus nemen ook af wanneer iemand in de situatie blijft en wacht. De tijd die iemand moet wachten in zo een situatie verschilt per persoon; sommige mensen kalmeren al na 10 minuten, terwijl dit bij andere mensen wel 30 minuten kan duren. Uiteindelijk zal iedereen een keer kalmeren, simpelweg vanwege het feit dat emoties en gevoelens en fysieke sensaties slechts van tijdelijke duur zijn. Wanneer iemand gekalmeerd is, is het gemakkelijker om bepaalde irrationele of disfunctionele gedachten over de fobische situatie of het fobische dier of voorwerp aan te passen.

 

Exposure in vivo

Exposure in vivo gebruikt de hierboven benoemde strategie: door lang genoeg in de situatie te blijven met het fobische dier of voorwerp zal iemand merken dat de fysieke klachten, emoties en gevoelens zullen afnemen. Tegelijkertijd wordt ook duidelijk dat de grootste angst (bijvoorbeeld dood gaan of aangevallen worden) niet uitkomt, waardoor het gemakkelijker wordt om de irrationele en disfunctionele gedachten hieromtrent aan te passen [2]. Exposure in vivo wordt gezien als de meest effectieve specifieke fobie behandeling op de korte termijn en is even effectief als imaginaire exposure op de lange termijn [1],[5]. Exposure in vivo is uitgebreid onderzocht bij angst voor honden, slangen, hoogten, donder en bliksem, vliegen, water, bloed, ballonnen, afgesloten ruimtes, stikken, tandartsangst en ratten [1].

 

Ik kies waarschijnlijk voor:

View Results

Laden ... Laden ...

 

Imaginaire exposure

Imaginaire exposure past dezelfde strategie toe als exposure in vivo, maar deze behandeling verschilt op een belangrijk punt: bij imaginaire exposure wordt de cliënt niet blootgesteld aan een echt fobisch voorwerp, dier of een fobische situatie, maar aan een ingebeelde of kunstmatige vorm (Virtual Reality) van het fobische voorwerp, dier of de situatie [3],[4],[5],[6]. Er zijn verschillende typen imaginaire exposure: Eye Movement Desensitization and Reprocessing (EMDR), Systematische Desensitisatie, Imaginaire exposure, Virtual Reality Therapie, Computer Begeleide Exposure, Toegepaste Ontspanning en Toegepaste Spanning.
Imaginaire exposure is effectief bij het verminderen van de specifieke fobie symptomen [3],[4],[5],[6] en kan ervoor zorgen dat bepaalde fobieën zoals spinnenfobie [5] en vliegangst [6] weggenomen kunnen worden. Exposure in een virtual reality omgeving lijkt effectief te zijn bij het reduceren van specifieke fobieën bij kinderen met autisme spectrum stoornissen ASS) [4]. Meer onderzoek is nodig om de onderzoeksresultaten van onderzoek 4 te bevestigen.

Sommige imaginaire exposure therapieën, zoals Systematische Desensitisatie, Toegepaste Spanning en Toegepaste Ontspanning, combineren spierontspanning en imaginaire exposure om de specifieke fobie klachten te reduceren, maar deze combinaties zijn niet effectiever dat imaginaire exposure zonder ontspanning.

 

 

Specifieke fobie behandeling – Alternatieve aanpakken

Cognitieve therapie richt zich op cognitieve herstructurering en beoordeling van dreiging onder begeleiding. De cliënt wordt geleerd om de foutieve dreigingsbeoordelingen die de fobische reactie in stand houden te identificeren en te veranderen. Cognitieve therapie is minder effectief dan imaginaire exposure of exposure in vivo [1]. Zelfs als cognitieve therapie en imaginaire exposure worden gecombineerd, dan is het niet effectiever dan alleen imaginaire exposure of exposure in vivo [1].
Progressieve spierontspanning (PMR) leert de cliënt om bepaalde spiergroepen aan te spannen of te ontspannen. Het doel is om de cliënt te leren ontspannen wanneer ze oog in oog staan met de fobische situatie of het fobische dier en voorwerp, maar er wordt geen gebruik gemaakt van imaginaire of echte exposure. PMR is minder effectief dan imaginaire exposure of exposure in vivo [1].

 

 

Specifieke fobie behandeling – Medicatie

Medicatie is niet de eerst therapie voor specifieke fobie. Hier is een kort overzicht:
Benzodiazepines wordt alleen gebruikt als er sprake is van een korte termijn stressor (zoals bij vliegangst of tandartsangst). Benzodiazepines gaan werken binnen een paar minuten na inname [8] en heeft een kalmerend effect op mensen.
Escitalopram is niet effectiever dat placebo (placebo is een middel of behandeling die geen therapeutische waarde heeft, niet effectief is) [9].
 
 

Literatuur

  • [1] Wolitzky-Taylor, K. B., Horowitz, J. D., Powers, M. B., & Telch, M. J. (2008). Psychological approaches in the treatment of specific phobias: A meta-analysis. Clinical psychology review, 28, 1021-1037.
  • [2] Ollendick, T. H., Öst, L. G., Reuterskiöld, L., Costa, N., Cederlund, R., Sirbu, C., … & Jarrett, M. A. (2009). One-session treatment of specific phobias in youth: a randomized clinical trial in the United States and Sweden. Journal of consulting and clinical psychology, 77, 504.
  • [3] Vigerland, S., Thulin, U., Ljótsson, B., Svirsky, L., Öst, L. G., Lindefors, N., … & Serlachius, E. (2013). Internet-delivered CBT for children with specific phobia: a pilot study. Cognitive behaviour therapy, 42, 303-314.
  • [4] Maskey, M., Lowry, J., Rodgers, J., McConachie, H., & Parr, J. R. (2014). Reducing specific phobia/fear in young people with autism spectrum disorders (ASDs) through a virtual reality environment intervention. PloS one, 9, e100374.
  • [5] Andersson, G., Waara, J., Jonsson, U., Malmaeus, F., Carlbring, P., & Öst, L. G. (2009). Internet‐based self‐help versus One‐session exposure in the treatment of spider phobia: a randomized controlled trial. Cognitive Behaviour Therapy, 38, 114-120.
  • [6] Triscari, M. T., Faraci, P., Catalisano, D., D’Angelo, V., & Urso, V. (2015). Effectiveness of cognitive behavioral therapy integrated with systematic desensitization, cognitive behavioral therapy combined with eye movement desensitization and reprocessing therapy, and cognitive behavioral therapy combined with virtual reality exposure therapy methods in the treatment of flight anxiety: a randomized trial. Neuropsychiatric disease and treatment, 11, 2591.
  • [7] Wide Boman, U., Carlsson, V., Westin, M., & Hakeberg, M. (2013). Psychological treatment of dental anxiety among adults: a systematic review. European journal of oral sciences, 121(3pt2), 225-234.
  • [8] Bandelow, B., Sher, L., Bunevicius, R., Hollander, E., Kasper, S., Zohar, J., … & WFSBP Task Force on Anxiety Disorders, OCD and PTSD. (2012). Guidelines for the pharmacological treatment of anxiety disorders, obsessive–compulsive disorder and posttraumatic stress disorder in primary care. International journal of psychiatry in clinical practice, 16, 77-84.
  • [9] Alamy, S., Zhang, W., Varia, I., Davidson, J. R., & Connor, K. M. (2008). Escitalopram in specific phobia: results of a placebo-controlled pilot trial. Journal of Psychopharmacology, 22, 157-161.